Zonder extra inspanning mist Vlaanderen doelstellingen verkeersveiligheid

Donderdag 22 Oktober 2015

Het rapport beschrijft in de eerste plaats de stand van zaken van de verkeersveiligheid in Vlaanderen. Die beschrijving bevestigt dat Vlaanderen de voorbije decennia een grote stap vooruit heeft gezet. Vooral in de periode 2001-2003 tot 2011-2013 is er een forse verbetering te zien, met name een daling van 51 procent in het aantal verkeersdoden. Maar de voorbije jaren is die daling stilgevallen (met zelfs opnieuw een stijging in 2014) en bovendien loopt Vlaanderen nog steeds sterk achter ten opzichte van de best presterende landen in Europa.

Het rapport nam ook de invloed van allerlei factoren, gaande van leeftijd tot geslacht, locatie en tijdstip onder de loep. De cijfers bevestigen enkele diepgewortelde fenomenen zoals de oververtegenwoordiging van jonge autobestuurders in de statistieken. Maar er zijn ook statistieken die in het oog springen. Bijvoorbeeld: liefst 82 procent van de doden en gewonden in de bebouwde kom is een zwakke weggebruiker (buiten de bebouwde kom is dat 'maar' 38 procent).

In 2013 formuleerde Vlaanderen enkele ambitieuze doelstellingen om tegen 2030 te bereiken. Zo mag het aantal verkeersdoden tegen dan niet hoger liggen dan 133 (in 2013 waren dat er 384) en het aantal zwaargewonden niet hoger dan 1.000 (in 2013 bijna 3.000). Onder de zwakke weggebruikers zou het aantal doden en zwaargewonden tegen dan ook niet hoger mogen liggen dan 540 (in 2010: 1.853).

Wat blijkt? Zelfs als de dalende evolutie van het verleden kan doorgetrokken worden, dreigt Vlaanderen die doelstellingen te missen. "Vlaanderen dient extra inspanningen te leveren indien het de vooropgestelde doelstellingen wil halen", staat in het rapport.

Wat het aantal doden betreft, zou er nog een kloof zijn van 13 en wat het aantal zwaargewonden betreft een kloof van 195. Maar vooral voor de groep zwakke weggebruikers dreigt er een probleem. Daar zou het aantal doden en zwaargewonden tegen 2030 kunnen oplopen tot 1.966 of een kloof van 1.426 ten opzichte van de doelstelling.

Dat is ook de reden waarom in de zes afsluitende aandachtspunten in het rapport veel aandacht is voor de zwakke weggebruikers. Om de cijfers te verbeteren is volgens de onderzoekers aandacht nodig voor:

1) Motorrijders en bromfietsen, vooral in de zomermaanden

2) Fietsers en voetgangers, vaak ouderen, binnen de bebouwde kom

3) Jonge, mannelijke autobestuurders, vaak tijdens het weekend

4) Belangrijke risicofactoren: alcohol en snelheid

5) Attitude en sociale normen

6) Creëren van een inherent veiligheidssysteem

Volgens minister Weyts moet de focus vooral liggen op het wegwerken van de "schande" van de 400 verkeersdoden in Vlaanderen. "De samenleving moet gemobiliseerd worden en dus niet enkel de 'usual suspects' zoals de klassieke verkeersveiligheidsorganisaties. Met de oprichting van het Vlaams Huis voor de Verkeersveiligheid, betrekken we niet alleen hen maar ook politie, parket, mobiliteitsorganisaties enz. Zij werken samen aan een verkeersveiligheidsplan met o.a. rij-opleiding en handhaving met focus op onder meer die 6 aandachtspunten", aldus de N-VA-minister.

Voor Vlaams parlementslid Joris Vandenbroucke (sp.a) bevestigt het rapport dat Vlaanderen de vooropgestelde doelstellingen niet haalt. Vandenbroucke: "Ik hoop dat minister Weyts wél de inspiratie en doortastendheid vindt die zijn federale collega Galant blijkbaar mist en snel naar het parlement komt met een nieuw Vlaams verkeersveiligheidsplan". De Vlaamse socialisten roepen minister Weyts in één beweging nog eens op om werk te maken van het rijbewijs met punten. "Hij moet zijn al vaker herhaald pleidooi voor het puntenrijbewijs kracht bijzetten bij zijn federale collega", aldus Vandenbroucke.

BRUSSEL 20/10 (BELGA)